Hoe
Maak 2-tallen en verspreid ze door de ruimte. Doe met een deelnemer (A) voor. Vraag hem om lekker te gaan staan, voeten iets uit elkaar.
Leg uit: "Ik ga zo tegen je schouder duwen, maar eerst vraag ik je iets in gedachten te nemen waar je tegenop ziet, iets wat je lastig vindt of helemaal geen zin in hebt. Heb je iets, zie je het voor je? Blijf daar aan denken". Duw vanaf de zijkant tegen zijn schouder; de kans is groot dat hij vrij slap is en zich moeiteloos opzij laat duwen.
Doe het nogmaals, maar nu met deze instructie: "Nu wil ik dat je aan iets leuks denkt, iets waar je naar uitkijkt en zin in hebt. Heb je zoiets? Blijf daar aan denken". Terwijl A aan iets positiefs denkt, duw jij nogmaals; de kans is groot dat hij nu niet te verplaatsen is.
Laat de tweetallen dit onderling uitproberen.
Nabespreken op
- het effect van een positieve mindset
- hoe een positieve mindset je helpt om in je kracht te staan.
Variant
Teken op een flip-over vel een ‘huilende’ Smiley (mond omlaag) en op het vel daarachter een lachende. Zet een deelnemer op ± 1,5 meter van de flap op een stoel tegenover de huilende Smiley. Laat hem op het puntje van de stoel zitten, rug recht, handen op z'n knieën. Vraag hem om zich te concentreren op de Smiley. Herhaal dit verzoek totdat hij echt geconcentreerd is. Dan zeg je: 'Blijf je concentreren op de Smiley. Ik ga je naar achter duwen, probeer rechtop te blijven zitten. En blijf je concentreren op de Smiley.'
Terwijl de deelnemer zich op de Smiley blijft concentreren, duw je rustig met je hand tegen zijn borst. De kans is groot dat je hem makkelijk naar achteren duwt.
Draai de flap om en herhaal de hele exercitie, maar nu met de lachende smiley: de kans is groot dat de cursist nu makkelijk rechtop blijft zitten.
Bespreek de oefening na en herhaal hem met iedereen die wil. Verbazing alom: hoe kan dit; de eerste keer duwde je veel harder (wat niet zo is); bij mij werkt dat niet; etc.