Land van Omgekeerd
Alleen maar Open Vragen stellen
Hoe
Nodig: kaartjes met op elk kaartje een beroep. Reken op 4 - 6 kaartjes per deelnemer. Leg eerst het verschil tussen soorten vragen uit, met de focus op open vragen.
Instructie deelnemers: “Welkom in het Land van Omgekeerd. Hier is alles vreemd en anders. Zo weet je niet eens wat je eigen beroep is! Alleen de andere mensen weten dat: die zien dat namelijk op een kaartje dat jij zelf ophoudt. Jullie lopen rond en als je iemand tegenkomt, stel je elkaar allebei één open vraag over je beroep. Geef alleen informatie als de ander een open vraag stelt! Stelt iemand jou een gesloten vraag, dan zeg je niets, zelfs geen ja of nee. Als je elkaar allebei één vraag hebt gesteld, ga je op zoek naar iemand anders. Alleen als je je beroep denkt te weten, mag je een gesloten vraag stellen, namelijk: “Ben ik een …?” Heb je het fout, dan zegt de ander "Nee" en ga je door naar een ander; heb je het goed, dan zegt de ander “Ja”. Dan kom je bij mij een nieuw beroep halen. Duidelijk? Wie wordt de winnaar? Wie raadt de meeste beroepen?”
Geef iedereen z’n eerste kaartje. Iedereen houdt z'n kaartje zo voor zich dat de anderen het beroep kunnen lezen. Zorg dat er alleen open vragen gesteld worden en dat er op gesloten vragen niet geantwoord wordt! Dat is moeilijker dan het lijkt.
Kijk hoe snel het gaat en leg het spel stil als er genoeg geraden/gevraagd is.
Nabespreken:
- Hoe ervaar je het alleen mogen stellen van open vragen?
- Hoe makkelijk of moeilijk is dat?
Variant
De oefening is bedacht voor intercedenten, vandaar de keuze voor beroepen. Je kunt het te raden voorwerp of onderwerp aanpassen aan het beroep van de deelnemers. Bijvoorbeeld ‘instrumenten’ voor deelnemers in de zorg (verband, pleister, bloeddrukmeter), of dingen als ‘polis, schade, garage, dief’, etc. voor deelnemers die bij een verzekeraar werken.
Bron: Berlinda Dijkma
Tags bij deze werkvorm:
