Jij doet niet mee
Teamoefening over buitensluiten en kliekjesvorming
Voorbereiding
Neem evenveel kaartjes (papiertjes) als er deelnemers zijn. Maak 5 stapeltjes: 2 van 1 kaartje en 3 van meerdere kaartjes. Beschrijf ze. Bij een groep van 12 maak je b.v. 4 kaartjes met daarop de tekst ‘ik ben een aap’, 3 met ‘ik ben gestreept’, 3 met ‘ik ben groen’, 1 papiertje met ‘ik ben ovaal’ en 1 met ‘ik ben een fiets'. Bedenk vooraf wie je de 2 losse kaartjes geeft! Kies daarvoor mensen van wie je inschat dat ze er tegen kunnen om alleen te komen staan.
Hoe
Verdeel de kaartjes onder de deelnemers en vraag ze om op zoek te gaan naar mensen met hetzelfde kaartje. De deelnemers gaan op zoek en al snel ontstaan er groepjes. In de groepjes is de sfeer aanvankelijk vaak positief: Oh leuk, ben jij ook een aap? Ik ook! Oh en nog een aap; kom erbij! Ondertussen blijven 2 mensen alleen, die er wat beteuterd bij staan. Als de groepjes dat doorkrijgen, slaat de stemming vaak om.
Vraag aan ieder groepje dingen als: Jullie zijn een groepje? Hoe is dat zo gekomen? En hoe is het in zo’n groepje?
Vraag daarna aan de 2 overblijvers: Jullie zijn geen groepje? Hoe kan dat nou? En hoe is dat nou zo alleen?
Stop de oefening.
Nabespreken op
- wat heb je meegemaakt
- waar gaat deze oefening over
- hoe voelt het om binnen een groep onderdeel van een subgroep te zijn
- hoe voelt het om alleen te staan
- komt dit in jullie team voor
Wanneer inzetten
Bij teams waar sprake is van groepjes- of kliekjesvorming.
Bron: Roos van der Vlugt, van Velzen Development
Tags bij deze werkvorm:
