Skip to main content

De Emotiecarrousel

Emoties herkennen en benoemen, uit de inhoud blijven

Hoe

Zet de deelnemers in een hoefijzer. De acteur stapt met een werkgerelateerde klacht, irritatie of verzoek steeds op één deelnemer af en laat daarbij een duidelijke emotie zien. De deelnemers mogen niet op de inhoud ingaan, maar alleen op de emotie; die moeten ze benoemen.

Voordat de acteur op iemand afstapt, kondigt hij aan wie hij is: "Ik ben nu een klant/ collega/medewerker". Vervolgens koppelt hij een duidelijke emotie aan z’n verzoek, klacht of irritatie (zie onder voor voorbeelden). Als een deelnemer niet op de emotie ingaat, volhardt de acteur in zijn emotie. Als de deelnemer wel op emotie ingaat, beloont de acteur door de emotie te laten afnemen en de reden van zijn emotie te benoemen (“Ja, ik ben ook geïrriteerd, want....”).
Als deelnemers steeds op de inhoud blijven ingaan i.p.v. op de emotie, begeleid ze dan.

Suggesties voor de acteur

  • Bang vraag je je chef om een dag verlof
  • Teleurgesteld kom je met je kapotte wekker terug bij de Hema
  • Geïrriteerd vraag je je collega om koffie te halen
  • Onzeker vraag je je collega of hij na de lunch (vergadering) de kopjes wil afruimen
  • Minachtend vraag je je collega in het vervolg de NAW gegevens van klanten juist te noteren
  • Verbijsterd vraag je om uitleg van een factuur
  • Verlegen zeg je dat je collega best wat zachter mag telefoneren
  • Paniekerig vraag je om een nietmachine
  • Verlekkerd vraag je je collega een plakje van diens zelfgemaakte cake
  • Verongelijkt spreek je uit dat jij in de projectgroep had willen zitten
  • Triomfantelijk zeg je dat de brug is ingestort
Let op: als acteur moet je dus in elke situatie kunnen vertellen waar die emotie vandaan komt: "Natuurlijk ben ik triomfantelijk! Ik roep al jaren dat die brug niet goed gebouwd is."

Bron: Robert Stegeman


Tags bij deze werkvorm:

Categorie:
Tijd:
Groepsgrootte:
Teams:

Vragen?

Ons team staat voor je klaar!

020-422 1323
UP